Jans: “Bevestiging, groei en flexibiliteit”.

Trainer Ron Jans deelde zijn betoog op in drie delen waarbij hij opmerkte er niet van te houden elk jaar hetzelfde verhaal te willen houden. De sportieve doelstelling van 51 punten, meer dan 50 doelpunten en minder dan 50 tegen, die blijven gehandhaafd.

Bevestiging
“Het is niet zo normaal als het lijkt om structureel in de subtop te eindigen. Toen ik begon bij FC Groningen was het doel om in de Eredivisie te blijven, vervolgens twee seizoenen voor het einde van de competitie veilig te zijn. De middenmoot hebben we eigenlijk overgeslagen omdat we als vijfde, achtste en vorig jaar als zevende eindigden. Als we dit seizoen weer bij de eerste acht eindigen, denk ik dat we ons doel bereikt hebben. De volgende stap is dan bij de top van de subtop te behoren. En dat betekent structureel zevende of zesde te worden. Dus elk jaar aanschuiven voor Europees voetbal. Als we dat komend seizoen weer halen dan hebben we een topjaar.”
Groei
“Als je naar het aantal punten kijkt dat we in de voorbereiding hebben gehaald, zit op basis daarvan handhaving er nog wel in maar ook niet meer dan dat. Dus we moeten nog groeien. Conditioneel ziet het er al een stuk beter uit dan op de eerste trainingsdag. We hebben een groep van frisse en sterke jongens. Verder moeten we nog groeien in de speelwijze. In de oefenperiode hebben we vaak 4-3-3 (ook wel 4-2-3-1) gespeeld, maar ons basissysteem zal toch 4-4-2 blijven met een ruit op het middenveld. Als we vinden dat het nodig is, zullen we ons aanpassen aan de tegenstander. Maar we blijven in principe uitgaan van onze eigen kracht.”
“Daarnaast is er een groei in het teamproces nodig. En dat is nog niet zo gemakkelijk als je zou denken. Ik ben dan ook benieuwd of ons dat gaan lukken. Als we bevestigen dat we een structurele subtopper zijn door bij de eerste acht te eindigen, zijn we er nog niet. Als we stilstaan in onze ontwikkeling, dan zullen de concurrenten ons inhalen. Dus moeten we niet alleen qua accommodatie doorgroeien, maar ook in het veld.”
Flexibiliteit
“In het bedrijfsleven wordt dit ook wel veranderingsmanagement genoemd. En dat is leuk. Hoewel, veel mensen vinden het eigenlijk helemaal niet zo leuk. Conservatief denken en tevreden zijn met wat je hebt omdat dat goed bevalt, is in de voetballerij niet gewenst. In deze tijden moet je wel veranderen. Als club, voor trainers en spelers gaat het soms wel wat te snel, maar je moet mee. De transfer van Stefan Nijland is er een voorbeeld van, maar ook de afwezigheid van Sepp De Roover en Oluwafemi Ajilore in de voorbereiding. Of het ontbreken van nog eens drie internationals in Athene.”
“Ook afgelopen januari hebben we opeens drie spelers moeten vervangen, er kwamen spelers bij, nu hopen we voor 1 september nog een nieuwe speler te kunnen inpassen. Het is niet allemaal even leuk, maar als je niet mee wilt dan kunt je de tent beter opdoeken. Dingen veranderen toch. Flexibel zijn, moet je als een kwaliteit zien. Het is de kunst te blijven kijken naar het heden en de toekomst. Het is een compliment aan de club dat spelers zich hier zo kunnen ontwikkelen dat ze de volgende stap kunnen maken. Maar het is een nog groter compliment als we die spelers vervolgens ook nog kunnen behouden. Zo hoop ik bijvoorbeeld dat Marcus Berg nog minimaal één jaar bij ons speelt en nog beter wordt.”